Frequentiebereik: 26,5-28 MHz SWR: ≤1,2:1 Max. stroom: 35W continu 250W Korte tijd Bandbreedte bij S.W.R. 2:1: 1900 KHz Impedantie: 50ohm Zweep len...
Zie details Met de toenemende populariteit van digitale terrestrische televisie (DVB-T), is het zorgen voor een sterk en stabiel signaal essentieel voor hoogwaardige weergave. De juiste antenne -installatie speelt een cruciale rol bij het maximaliseren van de ontvangst, het verminderen van interferentie en het vermijden van frustrerende signaaluitval.
1. Kies de juiste antenne
Niet alle antennes zijn gelijk gemaakt. Controleer vóór de installatie dat uw antenne geschikt is voor DVB-T-receptie in uw regio. Belangrijke factoren zijn onder meer:
Frequentiebereik: zorg voor compatibiliteit met uw lokale uitzendfrequenties (meestal UHF voor DVB-T).
Directionaliteit: een directionele antenne (bijv. Yagi) is ideaal voor verre zenders, terwijl een omnidirectionele antenne beter werkt in stedelijke gebieden met meerdere signaalbronnen.
Winst: antennes met een hogere versterking versterken zwakkere signalen, maar vereisen mogelijk nauwkeurige afstemming.
2. Zoek de dichtstbijzijnde zender
Gebruik online tools zoals digitale tv -dekkingskaarten of mobiele apps (bijvoorbeeld antennepunt) om de dichtstbijzijnde uitzendtoren te identificeren. De richting en afstand van de zender kennen helpt de plaatsing van de antennes te optimaliseren.
3. Optimale positionering en hoogte
Hoogte: Monteer de antenne zo hoog mogelijk - in voorkeur op het dak of een buitenmuur - om obstakels zoals gebouwen of bomen te voorkomen.
Lijn van het zicht: zorg voor een duidelijk pad naar de zender. Fysieke barrières kunnen signalen aanzienlijk verzwakken.
Vermijd interferentie: houd de antenne weg van elektriciteitsleidingen, metaalstructuren en elektronische apparaten die interferentie kunnen veroorzaken.
4. Correcte uitlijning
Richt de antenne met precisie naar de zender. Een kompas kan helpen bij de eerste afstemming.
Overweeg voor multidirectionele signalen een roteerbare antenne of een professioneel uitlijningsinstrument voor het afsluiten.
5. Veilige verbindingen en bekabeling
Gebruik hoogwaardige coaxkabels (bijv. RG-6) om signaalverlies te minimaliseren.
Zorg ervoor dat alle verbindingen strak en waterdicht zijn als ze buiten zijn geïnstalleerd.
Vermijd overmatige kabellengte, aangezien langere runs de signaalsterkte afbreken.
6. Test en verfijning
Voer na installatie een kanaalscan uit op uw DVB-T-antenne of tv. Als de signaalkwaliteit suboptimaal is:
Pas de hoek van de antenne enigszins aan.
Controleer op losse verbindingen of beschadigde kabels.
Overweeg het toevoegen van een signaalversterker als de zender ver weg is.
Neem contact met ons op